Instructies Empathy Land

Korte uitleg op video voor alle toepassingen. Docenten raden we aan zeker ook de informatie hieronder te lezen.

Voor thuis, bij taaltrainingen of op het werk klik hier voor geschreven instructies.

Instructies Empathy Land op school PDF

Burgerschapsles en Empathy Land PDF

Empathy Land is een interactief bordspel dat gespeeld wordt door drie tot zes deelnemers. Dat kan bij taaltrainingen, thuis, op het werk en in natuurlijk in de klas. De deelnemers worden geconfronteerd met stellingen t.a.v. culturele waarden en gewoontes. Kloppen die of kloppen die niet? Aan de hand van de antwoorden ontwikkelen deelnemers bewustzijn van en begrip voor elkaars culturele achtergrond. Nadat Empathy Land is uitgespeeld en iedereen in Empathy Land is is het leuk om een gesprek te voeren om de ervaringen met elkaar te delen.

Hieronder staan de algemene instructies. De kaartjes zijn vaak geschreven vanuit het perspectief van kinderen maar kunnen gelezen door volwassenen gelezen worden als hoe is dat in mijn familie of gezin zo gaat in je familie of cultuur of dat dit ook je eigen wens of mening is. In een gesprek kan je verdere diepgang krijgen door te bespreken of het

Leerdoelen

  • De deelnemer ontwikkelt bewustzijn van en begrip voor verschillen en overeenkomsten in gewoontes en waarden van klasgenoten. 
  • De deelnemer verkrijgt inzicht in verschillende culturen, perspectieven,, subculturen en grijze gebieden daartussenin. 
  • De deelnemer realiseert zich dat gewoontes en gedrag vaak een uitdrukking zijn van dieperliggende culturele waarden. 

Spelers: 4-6 spelers per speelbord 

Tijdsduur

50 minuten/ optioneel: 10-20 minuten extra 

  • Uitleg door docent/initiatiefnemer en het vormen van groepjes (10 minuten) 
  • Empathy Land spelen (25 minuten)
  • Groepsgesprek (15 minuten) 

Benodigdheden 

  • Eén bordspel voor elke groep 
  • Een set speelkaarten voor elke groep met vragen
  • 1 dobbelsteen per groep (als er geen dobbelsteen aanwezig is, kunnen de leerlingen op google gebruik maken van “dice roller”) 
  • Pionnen (munten of iets anders dat de speler kan representeren) 

Stap 2: Instructies 

De docent/initiatiefnemer kan beginnen met de doelstelling van het spel te beschrijven: Het doel van het spel is om elkaar beter te leren kennen en verschillen in gebruiken en gewoontes bespreekbaar te maken. Verschillen die er gewoon mogen zijn en waarvan het leuk en nuttig is om die van elkaar te weten.

  • Het spel begint met een speler die een kaart pakt en deze voorleest aan de groep 
  • De andere spelers besluiten of ze denken dat deze uitspraak “waar” of “niet waar” is voor de thuissituatie van de lezer 
  • Nadat iedereen heeft gestemd door “waar” of “niet waar” omhoog te houden, geeft de lezer het antwoord 
  • De speler(s) die juist hebben beantwoord mogen de dobbelsteen gooien en zoveel plekken verplaatsen op het bord, met de klok mee 
  • De speler(s) die niet juist hebben beantwoord mogen de dobbelsteen niet gooien 
  • De lezer mag de dobbelsteen altijd gooien.
  • In het geval dat geen één speler het  juist antwoord heeft, mag de lezer nog een kaart pakken en mogen de spelers nog een keer stemmen 
  • Als een speler op een vliegtuig landt, mogen ze naar voren springen met het vliegtuig mee naar het aangegeven vak 
  • Als een speler op een onderzeeër landt, moeten ze teruggaan naar het aangegeven vak 
  • Nadat een leerling een kaart heeft gepakt en al degenen die het antwoord juist hadden op het spelbord gelopen hebben, is de beurt aan de leerling links van de voorgaande (met de klok mee). 
  • De speler die als eerst bij het vak nr. 50 is, heeft gewonnen 
  • Alternatief: om het spel langer door te laten gaan, kan er een regel geïmplementeerd worden dat de speler precies op 50 moet landen, als ze te hoog gooien lopen ze op het bord weer terug.

Stap 3: Discussie 

Het is nuttig om een groepsgesprek te houden. Mogelijke vragen: 

Wat is je opgevallen? (begin met een open vraag)
Waren er dingen waar je verbaasd over was?
Was het altijd hetzelfde voor iedereen in de groep?
Wat waren de verschillen?

Hoe kan je met die verschillen omgaan?
Had dat anders kunnen gaan; hoe zijn andere groepen met soortgelijke kwesties omgegaan?
Hoe is het gegaan als leerlingen aangeven dingen anders te doen dan de rest van de groep?

Heeft iedereen durven vertellen wat hij/zij thuis doet?
Hoe zou jij reageren als je tot de minderheid behoort?
Waar denk je dat de verschillen vandaan komen? (man/vrouw, relaties, hygiëne regels, belang van familie, religie, cultuur etc.)